Jammer, zo'n taalfout in je offerte!
8 september 2017

Een offertetekst die grammaticaal rammelt of een blog vol spelfouten. Dat is jammer! Taalfouten kunnen vreselijk afleiden van je boodschap. Sommige mensen zijn er zelf zo allergisch voor dat ze meteen stoppen met lezen. Dat zijn niet de meest tolerante mensen van de wereld. Maar ook degenen die gewoon doorlezen, zullen hun twijfels hebben. Een tekst voor taalfouten staat slordig en ongeïnteresseerd. Wat zegt dat over je bedrijf?
Grammaticale tips
Vooral als het om zakelijke teksten gaat, kunnen taal- en spellingsfouten erg vervelend zijn. Vandaar dat ik de top 5 meest voorkomende taalfouten heb opgesteld met tips hoe je ze kunt vermijden. De Nederlandse grammaticaregels zijn misschien niet altijd even logisch, maar ze zijn er niet voor niks!
1.-t, -d of –dt
Het vervoegen van werkwoorden is lastige materie want er komt veel bij kijken. Gaat het om een zwak, sterk of onregelmatig werkwoord? Tegenwoordige of (onvoltooid) verleden tijd? Enkel- of meervoud? Ik denk dat ik zeker een kwart van mijn lagere schoolperiode heb doorgebracht met het oefenen van werkwoordvervoegingen. Dat heeft wel zijn vruchten afgeworpen: als je de regels eenmaal kent, vergeet je ze nooit meer!
Het gaat te ver om alle regels hier nogmaals uit te leggen. Dat is namelijk al tot in den treure gedaan. Er zijn boekenkasten vol over geschreven en ook op internet is er veel informatie over te vinden. Kijk bijvoorbeeld hier eens.
2. Dan en als bij vergelijkingen
Waarom hierin zoveel fouten worden gemaakt is me een raadsel, want eigenlijk is dit een heel simpele, eenduidige regel die iedereen kan toepassen
- Als je de nadruk legt op het verschil tussen twee dingen gebruik je dan: A is leuker, mooier of anders dan B.
- Als je de nadruk legt op de gelijkenis, gebruik je als: A is even groot, mooi of hetzelfde als B.
3. Hen of hun
Ik geef het aan hen en ik geef het hun zijn beide goed. Ik verwacht hen is ook prima, maar ik verwacht hun niet.
Dit is dus een voorbeeld van een zeer onlogische en onzinnige regel! Maar gelukkig kun je het probleem makkelijk omzeilen door hen/hun bij twijfel te vervangen door ze. Dat is wat informeler, maar alleen echte taalfanaten zullen het je kwalijk nemen. Ik geef het ze of ik verwacht ze is goed genoeg.
4. Die, dat of wat
Niet alleen op papier, maar ook in het echte leven kom je mensen tegen die overal maar wat van maken: “Mijn kind wat opgehaald moest worden uit school”. De regel in het kort is:
- Verwijs je naar een enkel specifiek onderwerp dat wordt voorafgegaan door het lidwoord "het", dan gebruik je dat : Ik heb het boek gekregen dat ik wilde.
- Bij onbepaalde woorden als alles, niets of iets gebruik je wat: Ik heb alles gekregen wat ik wilde.
Meer weten hierover? Check de uitleg van Onze Taal.
5. Zich ergeren of irriteren
De werkwoorden zich ergeren en irriteren worden vaak als synoniem gebruikt, maar dat zijn ze niet. Het eerste is een wederkerend werkwoord, maar het tweede niet. Je kunt je dus wel aan iets ergeren, maar niet aan iets irriteren. Iets kan je hooguit irriteren (of ergeren want ergeren is een niet verplicht wederkerend werkwoord).
Verwarrend? Misschien wordt het duidelijker met de volgende voorbeelden:
- Goed: Ik erger me eraan, het ergert me, het irriteert me
- Fout: Ik irriteer me eraan
De beste tip!
Zo zijn er nog duizend-en-een taalfouten die je kunt maken. Vaak gaat het mis als je te lang op een tekst zit te zwoegen. Neem dan gerust een break. Als je een dag later nog eens met frisse blik doorleest wat je hebt geschreven, vis je de fouten er zo uit. Natuurlijk kun je het jezelf nog makkelijker maken door je teksten door mij te laten reviewen of door me als tekstschrijver in te huren. Neem gerust contact met me op!